Mooie recensie van ‘De Buitenwereld’ naar aanleiding van training door Praat

De Buitenwereld helpt gezinnen hun netwerk zo te versterken dat een kind – ook met psychiatrische problematiek – kan opgroeien binnen het eigen gezin, in een reguliere opvang, op een gewone school.

De medewerkers van de Buitenwereld werken met kinderen en hun ouders, verzorgers, en het gehele netwerk rondom het kind. De organisatie doet veel aan scholing om hun medewerkers beter uit te rusten om kindermishandeling te signaleren, en adequaat te handelen wanneer er zorgen zijn rondom een kind.

Afgelopen oktober heeft Praat samen met de aandachtsfunctionarissen van de Buitenwereld een groot aantal medewerkers een training gegeven over het signaleren van kindermishandeling en het werken met de meldcode.

In de sociale media verscheen deze week het volgende bericht van ‘de Buitenwereld’.

Om in onze jaarlijkse training Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling de urgentie van het werken met de meldcode te onderstrepen, zijn we de samenwerking aangegaan met Praat. Ted Kloosterboer en Quirina Kofman vertelden als ervaringsdeskundigen hun verhaal aan de hand van de door hun ontwikkelde ‘Signalenwijzer’.
De training was intensiever dan ooit, maar werd door iedereen als zeer indrukwekkend en leerzaam ervaren. Erg bedankt voor jullie verhaal. Tot volgend jaar!

 

 

De feestelijke lancering van de Signalenwijzer.

Afgelopen donderdag was de officiële lancering van de Signalenwijzer. En dat is een prachtig feest geworden.
Mevr. Tea Hol van de Landelijke Vereniging Aandachtsfunctionarissen Kindermishandeling (LVAK) en dhr. Niko Persoon, bestuurder bij Zaan Primair hebben de eerste exemplaren in ontvangst genomen. Een mooi moment voor Nico den Dulk van Spelpartners en Ted Kloosterboer van Praat.
Zij hebben de Signalenwijzer ontwikkeld. Waar Praat eerst de opdrachtgever was, is tijdens het hele ontwikkelproces de Signalenwijzer een gezamenlijk product geworden. Dat op zich is al bijzonder, en dat maakte ook de feestelijke lancering bijzonder.

Veel van de genodigden zijn gekomen, en we zijn nog helemaal onder de indruk van alle complimenten en het enthousiasme waarmee de Signalenwijzer door de professionals is ontvangen.
En we zijn onder de indruk van alle  hulp die we hebben gehad bij de organisatie van ons feest.

Want……..dankzij de hulp van Loods 6 konden we ons feest op een geweldige locatie vieren; we mochten de prachtige Bagagehal gebruiken om onze gasten te ontvangen en het spel te presenteren.
En dankzij Marije Gubbels, die vol enthousiasme de rol van presentator op zich nam, werden alle onderdelen van het programma vakkundig aan elkaar gepraat.
Dankzij Suzanne Kuik, die een mooie presentatie hield over het belang van signaleren.
Dankzij de catering van Vele Gangen waren er heerlijke hapjes en drankjes.
Dankzij de praktische en gestructureerde hulp van Vereena Schoonen, die via Impact Matters ons team kwam versterken, is het ons gelukt om een prachtig programma samen te stellen, en was alles tot in de puntjes verzorgd.
En dankzij de prachtig gezongen nummers van het zangkwartet Kobalt werd de middag onvergetelijk.

We danken Anja, Quirina, Richard, Jannie en iedereen die ons geholpen heeft tijdens deze fantastische lancering.

De lancering was het voorlopige eindpunt van de ontwikkeling van de Signalenwijzer (al bruisen we alweer van de ideeen om dit hulpmiddel nog uit te breiden). Maar vooral was de lancering het startpunt om de Signalenwijzer onder de aandacht te brengen van professionals en vrijwilligers.
De komende tijd gaan we daar hard mee aan de slag.

Als je interesse hebt in dit praktische hulpmiddel dan kan je deze bestelling via deze link: https://www.spelpartnershop.nl/winkel/jeugd-opvoeding-jeugdzorg/signalenwijzer-gesprekstool-kindermishandeling/
Voor meer informatie of voor een workshop met de Signalenwijzer neem dan contact op met Praat; contact@stichtingpraat.nl

De Signalenwijzer is klaar, en dat gaan we vieren!

De Signalenwijzer is het laagdrempelige trainingsspel wat ontwikkeld is door Stichting Praat in samenwerking met Spelpartners.
Dit spel helpt om op een speelse manier met elkaar in gesprek te gaan over het signaleren van kindermishandeling. En dat gesprek is belangrijk, want door met elkaar in gesprek te gaan wordt het signaleren van kindermishandeling, of beter gezegd het signaleren van dat er ‘iets’ niet lekker gaat bij een kind, echt teamwork.

We hebben de afgelopen jaren heel hard aan de ontwikkeling van de Signalenwijzer gewerkt, en vorig jaar november hebben we een proefversie uitgegeven. Met de feedback die we toen hebben gekregen  hebben we de Signalenwijzer in het afgelopen jaar nog weer kunnen verbeteren.
Van de zomer zijn we een crowdfunding gestart op het platform Voor de Kunst, en met de hulp van meer dan 100 donateurs, is het ons gelukt om voldoende middelen bij elkaar te krijgen om de Signalenwijzer te laten produceren.

Nico den Dulk van Spelpartners en Ted Kloosterboer van Praat zijn ontzettend trots op de Signalenwijzer, en willen graag vieren dat dit trainingsspel er is.
Dat gaan we doen we op donderdag 8 november, van 17.00 tot 19.00,
in de Bagagehal van Loods 6,
KNSMlaan 189, 1019 LC Amsterdam.

Iedereen is van harte welkom om kennis te maken met de Signalenwijzer en om dit feestje met ons te vieren.

Klik hier voor meer informatie over de feestelijke lancering van de Signalenwijzer.
Wilt u de Signalenwijzer bestellen? In de webshop van Spelpartners kunt u de Signalenwijzer bestellen, klik hier om naar de webshop te gaan.

Kindermishandeling en eenzaamheid, onlosmakelijk aan elkaar verbonden.

Als kind ben ik mishandeld. Ik ben psychische mishandeld, verwaarloosd en seksueel misbruikt. Wat ik meemaakte was vreselijk, maar dat de eenzaamheid die daar (blijkbaar) bij hoorde was bijna ondragelijker. De feitelijke dingen die gebeurde waren afschuwelijk en hoewel ik niet begreep waarom mij dit overkwam, begreep ik wel dat dit dingen waren die mij door anderen werden aangedaan.

Wat er vervolgens gebeurde begreep ik niet, namelijk dat niemand aan mij merkte, zag, voelde of hoorde in wat voor vreselijke situatie ik leefde. Natuurlijk, ik deed ook mijn best om mijn geheimen geheim te houden, maar volgens mezelf was het onmogelijk om echt helemaal niets te laten merken. Volgens mij moest het gewoon zo zijn dat de volwassenen en andere kinderen uit mijn omgeving konden zien hoeveel emotionele pijn ik had, hoe bang ik was en vooral hoe ongelukkig.

Maar tot mijn grote verbazing leek niemand iets te merken. Tot mijn verbazing reageerde niemand op de signalen die ik, volgens mij, uitzond. Tot mijn verbazing merkte ik er niets van dat iemand er iets van merkte. Dat kon ik gewoon niet geloven. Wat ik wel geloofde was dat het blijkbaar niemand iets kon schelen. En dat maakte dat ik naast de pijn, de angst en het verdriet me ook door ‘God en iedereen verlaten voelde’.

En met mijn kinderbrein ging ik bedenken waarom het niemand iets kon schelen, en ik kon niets anders bedenken dan dat dit kwam omdat ik inderdaad ‘een slecht kind’ was. Dat was eigenlijk ook de boodschap die ik van mijn ouders kreeg, en dat gevoel werd versterkt doordat niemand mijn pijn en verdriet zag. En dus moest ik, om te overleven, dat ‘slechte kind’ heel diep in mezelf verstoppen en ervoor zorgen dat ik me als een ‘goed kind’ ging gedragen. En zo ontstond er een buitenkant van mezelf die niets meer te maken had met mijn binnenkant, met mijn innerlijk. Ik werd iemand anders dan wie ik eigenlijk was zodat ik kon overleven.

En zo ik werd onvoorstelbaar eenzaam.

De eenzaamheid werd een soort, bijna tastbare, leegte in mezelf waardoor ik me met niemand meer verbonden voelde, ook niet met mezelf. En waardoor het helemaal onmogelijk werd om mijn grote geheim met iemand te delen. En die enorme eenzaamheid was een geweldige voedingsbodem voor alle negatieve gedachten en gevoelens die ik over mezelf had. En zo kwam ik, naast de mishandelingen die me door anderen werden aangedaan, in een negatieve, neerwaartse spiraal terecht gekomen die ik notabene zelf had gecreëerd om te kunnen overleven.

Ik kan me deze gevoelens nog heel goed herinneren, maar ik kon ze toen niet verwoorden. Nu, als volwassene is het al moeilijk om dit soort gevoelens onder woorden te brengen, en als kind had ik absoluut nog niet de taalvaardigheid om dat te doen. Maar al kon ik het niet zeggen, ik voelde al deze dingen wel, net zoals heel veel kinderen die nu mishandeld worden dat voelen.

En daar komt mijn overtuiging vandaan dat het ontzettend belangrijk is om met kinderen te praten over de situatie waar zij in leven. Praten op een manier die kinderen prettig vinden, die aansluit bij hun niveau en vanuit een oprechte belangstelling voor het kind. Op die manier krijgt een kind de mogelijkheid om zich te uiten, en daarmee kan een bres geslagen worden in de eenzaamheid waarmee het kind misschien leeft. Op die manier kan je als volwassene misschien al een (kleine) correctie aanbrengen in het denken van het kind als het gaat over negatieve gedachten en gevoelens die het kind misschien over zichzelf heeft. Op die manier kan je het kind laten voelen dat hij/zij belangrijk voor je is. En daarmee los je de mishandeling niet op. En waarschijnlijk is het nodig om meer te doen, in te grijpen, om een kind te helpen. Maar de steun die een kind ervaart van aandacht is vele male groter dan volwassenen vaak denken.

Ik heb ervaren dat de liefdevolle aandacht van mijn oom Dik en tante Ger de mishandeling niet gestopt heeft en ook niet minder erg heeft gemaakt, maar het heeft er wel voor gezorgd dat ik me regelmatig minder eenzaam voelde en dat ik mijn thuissituatie overleefd heb.

Ted Kloosterboer.

Kindermishandeling, wat is dat precies?

Altijd als ik het woord kindermishandeling noem, tijdens een voorlichting, training of presentatie, knikt iedereen om mij te laten weten dat men begrijpt waar ik het over heb. En in grote lijnen is dat natuurlijk ook zo. Maar als ik tien verschillende mensen vraag ‘wat vind jij kindermishandeling’ dan krijg ik tien verschillende antwoorden. Niet helemaal natuurlijk, maar in de nuances en in de invulling zitten wel degelijk heel grote verschillen.

Tijdens voorlichtingen gaan we altijd in gesprek met de deelnemers over hoe ‘definieer je kindermishandeling’. Dit doen we aan de hand van een voorbeeld. De deelnemers gaan eerst met elkaar, in kleine groepjes met elkaar in gesprek over de vraag; is er in dit voorbeeld sprake van kindermishandeling? De opdracht aan de deelnemers luidt dan ‘kom op basis van argumenten tot één conclusie; wel of geen kindermishandeling. En elke keer weer blijkt hoe moeilijk dat is.

Heel vaak zijn mensen het niet met elkaar eens, en heel vaak lukt het de deelnemers niet om tot één conclusie te komen (in een groepje van maximaal vier personen!). ‘Ik ben vroeger ook wel eens geslagen, en daar ben ik helemaal niet slechter van geworden’ zegt de één, terwijl haar collega elke vorm van fysiek straffen kindermishandeling vindt.

Bij kindermishandeling gaat het namelijk ook altijd over eigen ervaringen, ‘hoe ben ik zelf opgevoed’, wat heb ik zelf meegemaakt, en hoe kijk ik daarnaar. Wat is er ‘normaal’ in de omgeving waarin ik ben opgegroeid of waarin ik woon. En vanuit die eigen ervaringen geven we invulling aan het woord kindermishandeling.

De opdracht voor alle professionals die met kinderen en gezinnen werken, is dat zij signalen van kindermishandeling moeten kunnen herkennen en vervolgens moeten gaan handelen. Maar als we met z’n allen eigenlijk niet precies weten wáár we naar moeten kijken, dan wordt het signaleren wel heel erg moeilijk.

Daarom is het belangrijk om in je organisatie, in je team, met je collega’s het gesprek te voeren over ‘wat vinden wij nu precies, met nadruk op precies, kindermishandeling (binnen de kaders van de wet natuurlijk), en wanneer vinden wij dat we in actie moeten komen’.

Dit heeft twee voordelen: A. het wordt duidelijk en concreet waar je naar moet kijken én B. op deze manier maak je van het signaleren van kindermishandeling teamwork.

En het heeft ook een nadeel; het concretiseren van het woord kindermishandeling, maakt ook dat het leed wat achter het woord schuil gaat, heel duidelijk wordt, en misschien ook wel heel dichtbij komt.

En toch is het nodig; alleen door met elkaar steeds weer in gesprek te gaan, gaan we ‘een beter oog ontwikkelen’ voor alle signalen, die de 119.000 kinderen die jaarlijks mishandeld worden, ons laten zien.

Als partners elkaar uitschelden.

We spreken niet alleen van huiselijk geweld wanneer er sprake is van fysiek geweld.
Ook conflicten waarbij de partners elkaar uitschelden, kleineren, vernederen of bang maken zijn gewelddadige conflicten. En de gevolgen voor kinderen zijn net zo heftig dan wanneer er sprake is van fysiek geweld.

Naast angst, onzekerheid en een gevoel van onveiligheid, kan het ook zijn dat kinderen het gevoel krijgen dat dit een normale manier van communiceren is, die zij vervolgens gaan overnemen.

Wanneer één van de partners zich stelselmatig schuldig maakt aan het uitschelden, kleineren en bedreigen van de andere partner, kan het ook gebeuren dat kinderen dit gedrag overnemen. Ook zij zullen dan het slachtoffer op die manier tegemoet treden.

Getuige zijn van huiselijk geweld

Het getuige zijn van huiselijk geweld is een vorm van kindermishandeling. Kinderen zijn niet alleen getuige wanneer ze aanwezig zijn bij het geweld. Ook als zij geconfronteerd worden met de gevolgen hiervan, bijvoorbeeld wanneer zij een kapot geslagen stoel zien, zijn zij getuige. Ook het alleen horen van zeer heftige ruzies kan traumatiserend zijn voor kinderen.
Wanneer er sprake is van huiselijk geweld betekent dit voor een kind dat het niet in een veilige omgeving opgroeit. Zie ook Cijfers over huiselijk geweld

Onderzoeken naar om hoeveel kinderen het gaat en onderzoeken naar de gevolgen voor kinderen die opgroeien binnen gezinnen waar regelmatig geweld plaatsvindt, staan nog in de kinderschoenen.

Duidelijk is wel dat binnen deze gezinnen:

  • De veiligheid en bescherming van kinderen vaak slecht is.
    De onveiligheid zit in het geweld wat plaats vindt, dit kan risico’s voor het kind met zich meedragen.
  • De kinderen leren dat geweld een manier is om je zin te krijgen.
    Kinderen leren meer van wat ze zien en mee maken dan wat wij ze vertellen. Dus als kinderen zien dat ouders geweld gebruiken om daarmee iets gedaan te krijgen, zullen zij dit gedrag gaan kopiëren.
  • Kinderen zich bedreigt, angstig en hulpeloos voelen.
    Ook als kinderen niet zelf direct slachtoffer zijn van het geweld, zij kunnen zich wel bedreigd en angstig voelen. En vaak voelen kinderen zich ook hulpeloos, of zelfs schuldig, omdat zij het geweld niet kunnen stoppen.

Deze factoren zorgen ervoor dat kinderen, hoewel ze zelf niet direct slachtoffer hoeven te zijn van het geweld, wel getraumatiseerd kunnen raken.

Meer informatie is te vinden op de website van het Nederlands Jeugd Instituut,

De Signalenwijzer ‘ligt’ bij de drukker!

Het is eindelijk zover, de Signalenwijzer is klaar om geproduceerd te worden, en alle bestanden liggen nu bij de drukker. We weten de precieze datum nog niet, maar over ongeveer twee weken zijn de 1000 Signalenwijzers klaar.

Nico en ik hebben nog een keer alle teksten gecontroleerd, op inhoud en op taal gebruik. En daarbij hebben we hulp gekregen van één van onze donateurs, namelijk Helma uit Maastricht. We zijn haar heel dankbaar voor haar op- en aanmerkingen en haar suggesties voor verbeteringen.

Nadat de kaarten klaar waren, heeft Nico nog hard gewerkt aan het ontwerp van de doos. Zowel de binnenkant als de buitenkant. We willen namelijk dat alle kaarten en toebehoren netjes in de doos kunnen worden opgeborgen, klaar voor gebruik!, en daarvoor is een doordacht binnenwerk nodig. En dat is er nu.

En misschien nog belangrijker, de buitenkant van de doos. Zowel de deksel als de doos zelf zijn ‘af’. En Nico en ik zijn super trots op het resultaat.

En nu…………………….. is het even afwachten tot de productie is voltooid. Zodra dat moment daar is, laten we weer van ons horen.

Wat gaat Stichting Praat doen, dit najaar?

Praat is weer present! Na een heerlijke vakantie zijn alle medewerkers van Praat weer hard aan de slag. Ook dit najaar brengen we kindermishandeling onder de aandacht. We hebben al een heel aantal voorlichtingen en workshops gepland staan. Zo geven we op vier oktober twee workshops bij een studiedag voor aandachtsfunctionarissen van de RVKO (Rotterdamse Vereniging voor Katholiek Onderwijs), een ‘nieuwe klant’.
Maar gelukkig gaan we ook weer aan het werk bij de Hogeschool Utrecht, in de minor ‘Agressie en Huiselijk Geweld, en worden we vaak ingehuurd door Naomi Dessaur van Dessaur Trainingen (www.dessaurtrainingen.com)

Zoals het er nu naar uitziet, komt deze maand de Signalenwijzer op de markt. We kunnen nog niet de precieze datum geven, omdat de producent deze nog niet kan geven. Maar, dat de Signalenwijzer er komt deze maand, dat staat vast.
We denken nog na over de lancering van de Signalenwijzer. Via de site en de social media houden we je natuurlijk op de hoogte.

De Buurtaanpak Kindermishandeling in Amsterdam Oud Oost loopt gewoon door. Dit najaar gaan we bij een aantal scholen voorlichtingen en workshops geven. We zijn nog in gesprek met een aantal kinderopvangcentra om ook daar scholing te kunnen geven.

En daarnaast zijn we natuurlijk al weer druk bezig met de plannen voor 2019. Het is nog te vroeg om daar veel over te zeggen. Zodra het allemaal wat duidelijker is, zullen we daarover natuurlijk berichten.

Mocht je interesse hebben in een voorlichting, workshop, de Signalenwijzer, een Vuilewasmanifestatie, de Buurtaanpak of de Praatposters, neem dan contact met ons op, via de mail: contact@stichtingpraat.nl of bel Ted Kloosterboer: 06-15648421

Lichamelijke verwaarlozing; voeding.

Lichamelijke verwaarlozing kent vele vormen; geen goede hygiëne, geen passende kleding, of onvoldoende medische zorg.

Maar lichamelijke verwaarlozing kan ook over de voeding gaan. Het kan zijn dat een kind niet voldoende te eten krijgt, zonder ontbijt naar school gaat, maar één keer per dag een maaltijd krijgt.
Het kan ook zijn dat het kind alleen maar ongezond voedsel krijgt, of voedsel wat niet past bij de leeftijd van het kind. Bijvoorbeeld heel weinig groente en fruit maar wel veel eten uit de frituur.
Of dat het kind juist veel te veel eten krijgt, waardoor het last krijgt van overgewicht.

Wat al deze voorbeelden gemeen hebben is dat het geen eenmalige incidenten zijn, maar dat een kind langdurig met dit soort eetpatronen te maken heeft, en daar op den duur ook schade door ondervindt.